Verweren openlijke geweldpleging
Openlijke geweldpleging is een lastig feit waar al vrij snel aan is voldaan. Een rechter kan al tot een bewezenverklaring komen wanneer u een significante bijdrage hebt geleverd aan door anderen gepleegd geweld. In zoverre zijn er een beperkt aantal verweren die u kunt voeren.
Geen significante bijdrage
Een van de meest voorkomende verweren bij openlijke geweldpleging is dat de verdachte geen significante bijdrage heeft geleverd aan de openlijke geweldpleging. Dit verweer kunt u bijvoorbeeld voeren wanneer u wel bij de openlijke geweldpleging aanwezig bent geweest, maar verder niets hebt gedaan. Het gaat dan om het enkele niet distantiëren. Dit is onvoldoende voor een veroordeling wegens openlijke geweldpleging.
In dit verband valt te wijzen op bijvoorbeeld HR 22 december 2009, ECLI:NL:HR:2009:BK3356, NJ 2010/193 waarin ten aanzien van het medeplegen van een vernieling werd overwogen "dat het louter aanwezig zijn bij en zich niet distantiëren van een door een ander gepleegde vernieling, alsmede het louter instemmen met die vernieling, ieder voor zich en in onderlinge samenhang bezien daarvoor onvoldoende zijn", alsmede HR 3 juni 2014, ECLI:NL: HR:2014:1307 inzake diefstal door twee of meer verenigde personen waarin onvoldoende werd bevonden de enkele vaststelling "dat de verdachte een vluchtmogelijkheid heeft gefaciliteerd en dat het niet anders kan zijn dan dat over het verschaffen van deze vluchtmogelijkheid van te voren door de verdachte en zijn mededaders afspraken zijn gemaakt".
Noodweer(exces)
Een ander te voeren verweer is noodweer(exces), oftewel zelfverdediging. U kunt als verweer voeren dat u zichzelf moest verdedigen omdat u door de ander werd aangevallen. Het kan ook zijn dat u een ander te hulp bent geschoten of dat u enkel vechtende partijen uit elkaar hebt getrokken of gehouden. In die gevallen kan mogelijk met succes een beroep op noodweer worden gedaan.
Belangrijk is daarbij wel dat steeds aan de eisen van noodweer is voldaan:
- U of een ander werd aangevallen
- U hebt uzelf tegen deze aanval verdedigt
- De verdediging was proportioneel
>proportioneel betekent dat u alleen maar datgene hebt gedaan wat nodig was om uzelf te verdedigen en daarbij binnen de grenzen van het redelijke bent gebleven. U mag bijv. niet iemand neersteken wanneer u in een handgevecht bent geraakt - U kon niet vluchten of anderszins wegkomen
> de wet stelt de eis dat wanneer u kunt vluchten, dan moet u dat doen en mag u niet (terug)slaan. U kunt dus alleen een gerechtvaardigd beroep op noodweer doen wanneer u bij wijze van spreken met uw rug tegen de muur aanstond en geen kant op kon.
Tijdspanne tussen geweldplegingen
In een enkele zaak kan als verweer worden gevoerd dat het door de verdachte toegepaste geweld los gezien moet worden van het door een of meer anderen gepleegde geweld, bijv. wanneer er een zodanige tijdspanne aanwezig was tussen de geweldplegingen dat niet gezegd kan worden dat ze met elkaar te maken hadden.
Zie bijv. LJN: BZ7206, Gerechtshof Arnhem, 30 januari 2013.
"Het hof is van oordeel dat uit het voorgaande volgt dat [betrokkene] en verdachte niet met verenigde krachten hebben gehandeld. Immers heeft [betrokkene] haar slippers naar [slachtoffer] gegooid op het moment dat verdachte daar niet bij aanwezig was. Op een later moment liep [slachtoffer] verdachte tegemoet met een stok en heeft verdachte [slachtoffer] geslagen. Daarbij heeft [betrokkene] geen geweld gebruikt. Het hof is van oordeel dat de handelingen van [betrokkene] en verdachte gezien dienen te worden als twee losse incidenten en derhalve niet te kwalificeren zijn als bedoeld in de zin van artikel 141 van het Wetboek van Strafrecht, nu geen sprake is van verenigde krachten."
Niet aanwezig
Voorts kunt u als verdachte ook het pure bewijsverweer voeren dat u niet bij de geweldpleging aanwezig was. In dat geval is van belang om eerst goed na te gaan over welke bewijzen de politie beschikt of kan beschikken.
De politie kan beschikken over
- camerabeelden
- getuigenverklaringen
- gegevens gsm (waar u geweest bent)
- DNA
- vingerafdrukken
Zie bijv.
- Onvoldoende bewijs geweldhandeling door verdachte (LJN: BM2757, Gerechtshof Leeuwarden, 26 april 2010)
Verdachte wordt vrijsproken van de hem onder primair ten laste gelegde openlijke geweldpleging en de onder subsidiair ten laste gelegde (medeplegen van) mishandeling. Het hof acht niet wettig en overtuigend bewezen dat verdachte degene is geweest die tegen de in de tenlastelegging genoemde personen geweldshandelingen heeft verricht. Naar het oordeel van het hof volgt uit het procesdossier evenmin dat verdachte een zodanige rol heeft gehad dat hij als medepleger van het door anderen gepleegde geweld tegen die personen kan worden aangemerkt.